Spring naar de inhoud

Maak kennis met ons Aanspreekpunt Integriteit.

    Sinds dit seizoen heeft Voetbal Vlaanderen een nieuwe ondersteunende rol in het leven geroepen voor alle sportclubs, namelijk het Aanspreekpunt Integriteit. Voor onze club zal Tom Van Rosendaal deze rol op zich nemen. Hij is onlangs geslaagd voor de opleiding die door de Belgische voetbalbond werd georganiseerd.

    Elke jeugdorganisatie moet een Aanspreekpunt Integriteit (API) hebben. De Vlaamse overheid vraagt immers aan alle organisaties die met kinderen en jongeren werken, om een zo’n aanspreekpunt aan te duiden, dit naar aanleiding van het Vlaams Actieplan Integriteit.

    We laten Tom ook even aan het woord.

    “Mijn naam is Tom Van Rosendaal. Ik ben sinds kort het Aanspreekpunt Integriteit (club-API) van onze club As-Niel United. Als speler, ouder, trainer, bestuurder of vrijwilliger van onze club kan je bij mij terecht met vragen, vermoedens of klachten over (seksueel) grensoverschrijdend gedrag.

    Heb je zelf te maken met pesten, geweld, ongewenst gedrag, discriminatie of chantage? Of merk je dat dit gaande is? Geef me dan een seintje.

    Mijn eigen zoontje speelt momenteel bij de u7, waardoor je me tijdens deze trainings- en wedstrijddagen op de club ziet rondlopen. In de toekomst kom ik ook regelmatig naar andere trainingen en wedstrijden kijken, waarop je me altijd mag aanspreken. Op de over ons pagina vinden jullie ook mijn contactinfo terug.

    Als Club-API luister ik naar je vraag of verhaal, behandel ik de melding in alle discretie en verleen ik iedereen advies bij mogelijke vervolgstappen of een doorverwijzing.”

    Wat doet een API?

    De Aanspreekpersoon Integriteit, kortweg API, is de persoon die je kan contacteren in je organisatie als er sprake is van een integriteitsschending. Dat is elke vorm van lichamelijk, seksueel, moreel of psychisch gedrag waarvan jij vindt dat het over jouw grens gaat of over de grens van iemand anders.

    Wie kan er terecht bij de API?

    Deelnemers, vrijwilligers, leiding, ouders, oud-leiding: iedereen die op een bepaalde manier betrokken is bij de organisatie kan de API contacteren. Je hoeft zelf geen slachtoffer of getuige van bepaald gedrag te zijn. Zodra je een vermoeden of een slecht gevoel hebt, kan je contact opnemen.

    Wat doet de API?

    De API gaat aan de slag met wat jij vertelt, elke melding wordt serieus genomen. 

    • De API is het eerste contact bij meldingen. De API luistert naar het verhaal en probeert zo de situatie in te schatten. 
    • Nadien zal de API samen met de melder bekijken hoe de situatie het beste aangepakt wordt en eventueel doorverwijzen naar andere organisaties (het jeugdbestuur, hoofdbestuur of extern). De API probeert de situatie beter te begrijpen en contacteert eventueel andere betrokkenen of instanties. Dat gebeurt altijd in overleg met de persoon die de melding doet. 
    • De API volgt de situatie met de melder op tot alles afgehandeld is. Samen bekijken ze hoe de nazorg het beste aangepakt kan worden. 
    Wat doet de API niet? 
    • De API is geen hulpverlener en zal geen persoonlijk begeleidingstraject opstarten. Wel zal de API elke melding zo goed mogelijk opvolgen en ervoor zorgen dat er een goede doorverwijzing is naar de hulpverlening als dat nodig is. 
    • De API praat met de betrokkenen en probeert een goed beeld te krijgen van de situatie. Op basis daarvan zal de API de meest geschikte opvolging voorzien. De API zal echter nooit op onderzoek uitgaan naar wie juist de schuldige is en de reden waarom die schuldig is. 
    • De API heeft geen beroepsgeheim, maar zal een melding nooit doorvertellen aan personen die niet kunnen helpen bij de opvolging. 
    Hoe gaat de API te werk?

    De API gaat altijd heel discreet te werk, maar heeft geen beroepsgeheim. Als de API een melding krijgt die volgens hen bedreigend is, zal die de politie of een andere instantie contacteren. Dat gebeurt wel altijd na overleg met de melder. De API heeft vooral een adviserende rol. De focus van de API ligt op het welbevinden van de betrokken partijen en op een goede werking van de betrokken jeugdwerkgroepen.

    Related Images: